Wat is de fiscale kostprijs om vastgoed uit uw vennootschap te halen?
19 June 2019
Is het verkooprecht van 10% steeds verschuldigd indien een onroerend goed uit de vennootschap wordt onttrokken of kan u aanspraak maken op meer gunstige tarieven?

De verkoop van een onroerend goed door de vennootschap geeft steeds aanleiding tot de heffing van het verkooprecht (10%).
Onder bepaalde voorwaarden kan het verkooprecht vermeden worden indien een onroerend goed uit de vennootschap aan haar vennoot of vennoten wordt toebedeeld. Het verdeelrecht (2,5%) of eventueel zelfs het algemeen vast recht (50 EUR) zal van toepassing zijn.
De Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF) maakt een onderscheid tussen kapitaalvennootschappen (de naamloze vennootschap) en personenvennootschappen (de besloten vennootschap en de coöperatieve vennootschap).
NV
Voor de naamloze vennootschap zal steeds het verkooprecht (10%) van toepassing zijn in geval van overdracht van een onroerend goed door een vennootschap zelfs indien de overdracht gebeurt aan één of meerdere vennoten van de vennootschap.
BV en CV
De besloten en coöperatieve vennootschappen kunnen mogelijks genieten van gunsttarieven.
Concreet komt het erop neer dat de oorsprong van de verkrijging van het onroerend goed steeds moet worden nagegaan. Wij lichten dit hierna toe.
- Principe: verdeelrecht
Het verdeelrecht van 2,5% zal verschuldigd zijn (in plaats van het verkooprecht van 10%) indien- een onroerend goed door de vennootschap wordt overgedragen aan de vennoten die het onroerend goed destijds zelf hebben ingebracht; of
- een onroerend goed wordt overgedragen door de vennootschap aan de vennoten die reeds vennoot waren op het ogenblik dat het onroerend goed werd verworven door de vennootschap met betaling van het verkooprecht van 10%.
- Uitzondering: vereffening
- In het kader van een vereffening kan de overdracht van een onroerend goed door de vennootschap aan een vennoot soms enkel aanleiding geven tot de heffing van een algemeen vast registratierecht van 50 EUR. Dit is bijvoorbeeld het geval indien een éénpersoons BV wordt vereffend onder de uitzonderingsgevallen hiervoor bepaald (vennoot op moment van inbreng of vennoot op moment dat het goed werd gekocht met betaling van het verkooprecht). Het algemeen vast recht van 50EUR is dan ook meteen de finale heffing.
- In alle andere gevallen (vereffening gevolgd door uit onverdeeldheidtreding tussen meerdere vennoten) zal naast het algemeen vast recht van 50 EUR ook nog het verdeelrecht van toepassing zijn op het moment dat de vennoten uit onverdeeldheid treden en mits de uitzonderingsgevallen van toepassing zijn.
Bekijk ook onze andere recente blogberichten en ontdek meer expertise

De nieuwe investeringsaftrek vanaf 2025
In een vorige nieuwsbrief lichtten we jullie al in over de voorgenomen hervorming van de investeringsaftrek. De nieuwe regelgeving is ondertussen officieel en is van toepassing op activa die vanaf 1 januari 2025 verkregen of tot stand gebracht zijn. Wij leggen hierna de nieuwe spelregels uit.

De nieuwe btw-ketting: wat verandert er voor u?
Op 1 januari 2025 trad de nieuwe btw-ketting in werking. Het opzet van de maatregelen is om de processen te vereenvoudigen en te moderniseren. De belastingadministratie licht in haar circulaire van 27 januari een aantal standpunten toe. Hieronder een overzicht van de belangrijkste wijzigingen en de huidige stand van zaken.
Het QPS-team staat klaar
om u te adviseren/assisteren
Aarzel niet com contact met ons op te nemen!